Van: "Yvonne van Iersel | StressloosWerken" <contact@stresslooswerken.nl>
Aan: <_t.e.s.t_@voorbeeld.nl>
Onderwerp: Jaargroep 03.1.2 Adem
 
 

Dag ,

Aandacht voor adem.

In deze oefening trek je tien minuten uit om in stilte met je ademhaling te zijn. Je zit, comfortabel, rechtop, handen op je knieën of in je schoot.

Ogen zacht, gezicht ontspannen, iets ruimte tussen je kiezen. Je kunt je ogen dichtdoen als je dat prettig vindt.

Breng je aandacht naar je buik, voel hoe je buik zachtjes uitzet op de inademing en zich weer een beetje intrekt op de uitademing.

Blijf gericht op de beweging van de adem. Wees aanwezig bij elke inademing, helemaal, zolang als die duurt en wees ook bij elke uitademing helemaal, van begin tot eind erbij. Het is alsof je vaart op de golven van je ademhaling.
Open en nieuwsgierig luister je met al je aandacht en zintuigen naar elke sensatie die zich op dit moment aandient.

Dwaal je af, ga je mee met gedachten of signalen uit de omgeving? Merk dat dan vriendelijk op, noteer als het ware lichtjes wat het was dat je afleidde en breng dan rustig, vriendelijk en vastberaden je aandacht terug naar je buik en naar het gevoel van de adem die naar binnen en buiten stroomt.

Als je geest tien keer, honderd keer of zelfs duizend keer wegdwaalt van de adem, als je geest zich met wat dan ook bezig gaat houden, dan is het jouw taak om gewoon je aandacht keer op keer, al is het voor de honderdste of duizendste keer, terug te brengen naar de adem.

De oefening zit in het leren terugkeren naar je adem. Een vaardigheid die groeit naarmate je meer oefent. Een oefening die per keer zal verschillen, afhankelijk van je lichamelijke toestand, je dagelijkse bezigheden en voorvallen in je omgeving.

Geef jezelf oprechte aandacht. Heb je de neiging om je ‘prestaties’ kritisch te evalueren? Merk dat vriendelijk op en waardeer jezelf dat je de moeite neemt om te oefenen.

Bij dit alles is het essentieel dat je de manier van ademen niet hoeft te veranderen. Je hoeft je adem niet anders te maken dan hoe die nu gaat. Gaat je adem licht? Dan gaat ie licht. Oppervlakkig? Dan gaat ie oppervlakkig? Verandert de adem? Volg dan hoe de adem verandert.

Je hoeft niet duizelig of vermoeid te raken. Dit kunnen tekenen zijn van forceren.
Neig je tot hyperventileren? Besteed dan alleen aandacht aan de uitademing.
Hartelijke groet,

Yvonne van Iersel
StressloosWerken
www.stresslooswerken.nl