|
|
Dag ,
Drie manieren om helder met de dag te beginnen
Als je wakker wordt, ben je vaak meteen al (in gedachten) ergens anders dan in je bed. Er begint een programmaatje te draaien, dat jou herinnert aan wat er moet gebeuren: was doen, tandarts bellen. En oh ja, ook dat stuk nog schrijven!
Het is druk onder de douche: nieuwe 'to do’s' melden zich, je vertelt in gedachten die ene collega wat pittige dingen. Je secretaresse neemt de agenda met je door. Op de een of andere wonderlijke manier blijft alles en iedereen droog, en jij voelt het douchewater trouwens ook al niet meer.
Tussen het aankleden - hé, heb ik me nou al aangekleed? - en het ontbijt heb je tussen neus en lippen
nog eens goed nagedacht over dat ene lastige vraagstuk.
Met je hoofd ben je al van alles aan het voorbereiden, oplossen en regelen; jammer dat je lichaam je daar niet kan volgen. En dus heb je al snel een jachtig en gehaast gevoel. Voordat je het weet begin je gestresst aan de dag.
Misschien kun je de dag eens gewoon beginnen met te zijn waar je op dat moment bent: onder de douche, aan het ontbijt, onderweg. Zodat je later op de dag ook helemaal aanwezig kunt zijn waar je op dat moment bent en in die situatie helder en alert kunt reageren.
Drie manieren om helder en met aandacht de dag te beginnen:
- Als je wakker wordt en nog in bed ligt, richt dan je aandacht op je lichaam. Voel je voeten, je benen, voel je rug en je buik, je borstkas, je armen en handen, voel je hoofd. Voel hoe je adem in en uit je lichaam stroomt. Dit voelen is iets anders dan met je hoofd weten dat je een lichaam hebt: het gaat om het zintuiglijk voelen! Doe dit gedurende enkele minuten en breng elke keer je aandacht terug als
deze afdwaalt naar de tandarts of die moeilijke beslissing die je moet gaan nemen. Breng je aandacht vriendelijk terug.
- Als je onder de douche staat: voel het water op je huid. Voel temperatuur, voel nattigheid. Voel hoe je op de douchevloer staat. Leid je aandacht telkens terug naar het gewicht van je voeten op de douchevloer, je adem en het water dat langs je lichaam stroomt. Breng je aandacht elke keer vriendelijk terug als deze afdwaalt naar je vergadering of het stuk dat je gaat schrijven.
- Oefen met het op weg zijn naar je werk. Kijk of je
helemaal aanwezig kunt zijn in het onderweg zijn. Kijk om je heen: wat zie je? Luister: wat hoor je? Ruik: wat ruik je? Voel de bewegingen van je lichaam: je benen die ronde bewegingen maken bij het fietsen, je voeten die het gaspedaal en de rem induwen. Voel de tas of het stuur in je handen. Zeg tegen jezelf: "IK BEN HIER!". Breng je je aandacht telkens vriendelijk terug als deze afdwaalt naar je werkplek of elders.
|
|
|
|
|
|